De Wet.

Het was er al jaren ook al merkte je dat niet, een soort van monarchie genaamd democratie. Een handje vol belangen ook al begrijp je het niet, het klonk toch wel aardig en hete democratie.


Laten we gedenken de val der democratie, want in deze tijd is hij al jaren er niet.


Zacht in wat handen van mensen wetten makelij, heeft men Gods wetten vertrapt want dat hoort er toch niet bij. En ook in de kerken miljoenen liters water bij de wijn, want Gods zuivere wetten zijn verleden tijd.


Laten we begraven Gods geboden en eer, want het zwaard des oordeels zien wij niet meer.


Wil je graag verzuipen in de weelde van de tijd? Besef dan dondersgoed dat Je van God ver weg glijd. Want wie de wet veracht, veracht immers de maker van de wet, de zegen voorbij in ruil voor een broodje kroket.


Weg met de hemel en weg met de hel. En de moorden nemen toe besef je dat wel?


Ik sta in de vrijheid en zie al het menselijk geklooi. Ik roep je aan na te denken, ik hoop dat je ontdooid. Zonder Gods wetten wordt de wereld een normloze brei. Wie Zijn wetten respecteert is de zegen nabij.


Weg met de leugen en de verdraaierij. Volg de koers van God, en Zijn wet maakt jou vrij.